3 Paragrafen

3.1 Lokale heffingen

Inkomsten lokale heffingen

Gemeten naar financiële omvang bepalen de onroerende zaakbelastingen, de afvalstoffenheffing en het rioolrecht met afgerond 76% de opbrengst lokale heffingen.

bedrag x € 1.000

rekening

begroting

rekening

omschrijving

2020

2021

2021

Ozb niet-woning gebruik

4.480

4.647

4.691

Ozb-niet-woning eigendom

6.303

6.704

6.716

Ozb woning eigendom

11.693

12.023

12.046

Toeristenbelasting

1.078

432

432

Subtotaal belastingen

23.554

23.806

23.885

Afvalstoffenheffing

9.902

10.653

10.748

Rioolheffing

9.049

9.144

9.238

Marktgelden

127

112

116

Begrafenisrecht

2.467

2.391

2.837

Grafrecht (onderhoud)

1.864

1.695

2.160

Bouwleges

3.501

3.523

3.736

Parkeerinkomsten

2.527

2.753

3.015

Bevolking

1.238

1.172

1.548

APV vergunningen

24

44

24

Overig

31

32

35

Subtotaal retributies

30.730

31.519

33.457

Totaal

54.284

55.325

57.342

Belastingen
Belastingen zijn heffingen waarvan de opbrengst vrij besteedbaar is. Parkeergeld betreft een belasting (regulerende functie). Tegelijkertijd hebben parkeergelden (deels) ook het karakter van een vergoeding voor een dienst. Daarom zijn de inkomsten in deze paragraaf verantwoord onder retributies.

Retributies
Retributies zijn heffingen waarbij een bepaalde vergoeding wordt betaald voor een specifieke dienst.

Deze pagina is gebouwd op 09/06/2022 16:46:25 met de export van 09/06/2022 12:29:01